Opperwachtmeester Ter Horst.

Bernardus ter Horst is geboren in Opende (gemeente Grootegast) op 3 september 1886 als zoon van rijkswachter Pieter Antoon ter Horst en Ida van der Put. Zijn jeugd bracht hij door in Hoogezand en Sneek.

In Groningen begon zijn carrière als agent bij de politie. In 1913 ging hij over op het korps Rijksveldwacht met als standplaatsen: Veenhuizen, Groningen, Dalen en Emmen.

In 1929 bereikte hij de rang van brigadier majoor en werd commandant van de brigade Appingedam. Het korps der Rijksveldwacht werd door de bezetter per 1 maart 1941 opgeheven. Met deze reorganisatie veranderde ook de rang van ter Horst, van brigadier majoor naar die van opperwachtmeester.

Per 1 april 1941 werd in Bedum een marechaussee brigade uitgezet met een opperwachtmeester, een wachtmeester en drie marechaussees. Als opperwachtmeester werd Ter Horst aangewezen. Op 7 november 1944 werd ter Horst gearresteerd en op 8 december 1944 bij de trambaan in Marum (met 4 anderen als represaille) doodgeschoten.
Achteraf gezien moet de oorlogstijd een heel moeilijke periode zijn geweest voor Bernardus ter Horst terwijl hij zijn werk moest doen in Bedum. (1 april 1941- 8 december 1944)

1. Speciaal denken we dan aan de periode dat Bernardus ter Horst Jozef en Regina Meijer in huis heeft genomen en heeft verborgen voor de Duitsers en wapens leverde aan het verzet.

2. Kennelijk heeft hij tijdens zijn gevangenschap op het Scholtenshuis (hoofdkwartier van de Duitse politie in Groningen) de “verhoorbeulen” niets verteld. Uit wraak en ter afschrikking hebben ze ook nog zijn levenloos lichaam een dag buiten laten liggen.

Bernardus ter Horst was een held .....

D.P.van Dis
Bedum, april 2006

Uit de dankbetuiging van mevrouw Ter Horst en familie blijkt dat er een buitengewone belangstelling is geweest van de autoriteiten, politie, NBS (Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten ) en de burgers van Bedum.