Weer vluchten

Jozef en Regina Meijer werden door een jongeman van 18 jaar (G.J. van Kooten) ergens eind september opgehaald met de fiets. Regina zat huilend achterop. Ze fietsten naar het adres Wolddijk 122 in Noorderhoogebrug. Hier woonde de familie Van Kooten. Regina en Jozef verbleven er op de zolder. Maanden lang! Nooit hebben ze problemen of ruzie gehad tijdens hun verblijf bij de familie van Kooten. Regina was erg handig met het maken van kleding en heeft voor de jonge van Kooten nog een sjaal en handschoenen gemaakt. Hier heeft hij de elf stedentocht nog mee geschaatst. Maar ook hier konden ze niet blijven. Naast de familie van Kooten kwam iemand te wonen die samen werkte met de Duitsers. Ook hoorden Jozef en Regina dat de kinderen van hun schoonzoon (die was hertrouwd) waren opgepakt. Later zou blijken dat hun schoonzoon in een concentratiekamp in Sobibor is vermoord (op 23-7-1943) en zijn vrouw en hun drie kinderen, waarvan de jongste nog niet eens kon lopen, vermoord zijn in concentratiekamp Auschwitz op 11 februari 1944. Jozef had een foto op zak van twee van deze kinderen. Ook was daar een foto bij van zijn overleden dochter Lotty. Deze foto's zijn bewaard gebleven!

De steenfabriek

Regina raakte door de informatie heel erg overstuur. Zelfs zo erg dat er een dokter aan te pas moest komen om haar weer tot bedaren te krijgen. Het werd wederom te gevaarlijk. Ze zijn vervolgens naar de Steenfabriek gebracht. Dit is de plek waar nu de bouwmarkt Hornbach staat, voor Zuidwolde. Hier werden ze opgepikt door een lege melkauto van de zuivelfabriek te Bedum.
Jozef en Regina werden in de lege tank verstopt. De jonge Van Kooten heeft niet geweten waarheen ze werden gebracht. Dit was uiteraard uit veiligheidsoverwegingen.

Vervoer in een melkauto .........



In de tankauto zouden ze naar een boerderij aan de Woldijk worden gebracht.  
(Onderzoek wees uit dat de chauffeur Ko Govert Poel uit Bedum was geweestDaar was echter bezoek zodat ze hier niet konden worden afgeleverd. 
Hierop werden ze gebracht naar politiechef Ter Horst aan de Stationsweg (officieel Ludgerstraat 45) Dit was echter maar van tijdelijke aard. Opmerkelijk aan dit adres is dat in het huis naast “opper” Ter Horst, Ingang aan de Ludgerstraat 44, ook twee onderduikers zaten. Dit waren Hielke van der heide en Willem Homoet, de politiemannen die Jozef en Regina hadden gewaarschuwd. (verder over wachtmeester Ter Horst zie menu) 
 
Brugwachter OttensVervolgens gingen Jozef en Regina naar de Wilhelminalaan (ook in Bedum) vanwaar ze samen door meneer en mevrouw Schuurman naar Ellerhuizen werden gebracht. Hier vonden ze opnieuw een onderduikadres en wel bij de familie Ottens. Meneer Ottens was brugdraaier in Ellerhuizen. Het huis naast de brug bestaat niet meer. Er is een ander voor in de plaats gekomen.